De omzetgroei in de bouwmaterialengroothandel komt over heel 2020 met +5,1% beduidend hoger uit dan in maart net na de coronauitbraak werd verwacht (+ 0,5%), maar lager dan de verwachting in 2019 (+ 7,3%). In 2021 valt de omzetgroei nagenoeg stil (+ 0,2%). Dit blijkt uit de negentiende Conjunctuurmeting van Koninklijke Hibin onder ondernemers in de bouwmaterialengroothandel, uitgevoerd door Buildsight.
De stagnatie van de omzet die Hibin-leden eerder verwachtten voor de tweede helft van 2020, komt volgens het in september gehouden onderzoek pas in 2021 tot uiting. De ten opzichte van de omzetgroei beperkte margegroei in 2020 (+ 1,4%) is daarvan een voorbode.
De bouwmaterialenhandelaren verwachten in 2021 een groei van het personeelbestand met gemiddeld 1,8%, iets meer dan de helft van de eerdere verwachting voor heel 2020. Slechts een beperkt deel daarvan werkt in verband met de coronacrisis (deels) thuis. Zo’n 5-6% van de werkzaamheden vindt vanuit huis plaats. Vier van de tien respondenten verwacht dat een deel daarvan ook na de coronacrisis zal blijven.
Gevolgen coronacrisis
Een minderheid van 15% ziet de coronapandemie als bedreiging voor de branche. Meer prefabricage (41%) en concurrentie vanuit het retailkanaal (22%) worden vaker genoemd.
Iets meer dan een derde van de respondenten (36%) noemt tekorten bij leveranciers als belangrijkste gevolg van de coronacrisis. Iets meer dan een kwart (27%) noemt uitgestelde opdrachten als gevolg van vertraging in de uitvoering. Hoger ziekteverzuim wordt door een kwart genoemd.
De bouwmaterialenhandelaren voorzien als reactie in de markt meer aandacht voor kostenreductie (26% van de respondenten), meer intensieve marketing (29%), hogere arbeidsproductiviteit (23%) en scherpere prijsconcurrentie (23%). Meer maatwerk/service en logistiek/voorraadbeheer worden door respectievelijk 66% en 59% van de respondenten gezien als mogelijkheid om zich te onderscheiden, waarbij gebrek aan tijd (38%), het meekrijgen van medewerkers (31%) en de coronacrisis (17%) als potentiele bedreiging voor het invullen daarvan worden benoemd. Als grootste uitdagingen voor de langere termijn worden ICT (37% van de respondenten) en logistiek (34%) het vaakst genoemd.
De coronacrisis heeft slechts beperkt invloed op het bestelproces en de logistiek. Het aandeel emailbestellingen is iets opgelopen, naar het zich laat aanzien als gevolg van beperking van het aantal klantbezoeken. Het aandeel leveringen die door de kant zelf werden afgehaald, steeg ten opzichte van eerdere metingen. 29% is het oneens met de stelling dat de coronaregels grote gevolgen hebben voor het bestelproces en de logistiek. Nog eens 46% is hierin neutraal.
Herkomst omzet
De verhouding tussen omzet ten behoeve van nieuwbouw (45%) en renovatie/onderhoud (55%) is nagenoeg gelijk aan die in eerdere metingen. Woningbouw, inclusief keukens en sanitair, zal in 2020 naar verwachting verantwoordelijk zijn voor 73% van de omzet. Het omzetdeel utiliteitsbouw keert met 14% terug op het niveau van begin 2019. Met 28% blijft het aandeel consumentenverkopen op het hoge niveau van afgelopen voorjaar (was 21% in 2019). Van de 72% professionele verkopen blijft de verhouding tussen aannemers (58%) en zzp’ers/klusbedrijven (42%) nagenoeg gelijk.
Negentiende editie
De Hibin Conjunctuurmeting najaar 2020 is het negentiende onderzoek onder leden van
Koninklijke Hibin naar de ontwikkeling van de omzet in de bouwmaterialengroothandel en de effecten van conjuncturele ontwikkelingen daarop. De eerste meting vond plaats in het voorjaar van 2009. Het onderzoek werd per e-mail uitgevoerd door Buildsight. De respons onder leden beweegt zich de hele onderzoeksperiode in absolute aantallen rond de 35% en in percentage van de omzet in de branche op ruim 70%. Het onderzoek is daarmee in hoge mate representatief voor de gehele branche.
|